De theorieën over dat het virus in een laboratorium is gemaakt blijven consequent verschijnen, ondanks alle “debunk” en “fakenews” claims. Willem heeft eerder al Dr. Stephen Quay M.D., PhD. in een live zoom gehad. In deze zoom toont Dr Quay aan de hand van de Bayesiaanse analyse aan dat het voor 99,8% zeker is dat SARS-CoV-2 uit een laboratorium kwam en dat er slechts 0,2% kans is dat het uit de natuur kwam.
In een artikel, verschenen zaterdag 6 maart jl. op n-tv.de, waarin Dr. Günter Theißen, professor voor genetica aan de Friedrich-Schiller-Universiteit te Jena is geïnterviewd, wordt dezelfde vraag gesteld. Sterker nog, een groep van onderzoekers eist nu in een open brief, die door verschillende internationale kranten – onder andere de “New York Times” – werd gepubliceerd, dat ook de hypothese van een laboratoriumongeluk grondig moet worden onderzocht.
Oorspronkelijk artikel: https://www.n-tv.de/wissen/Man-kann-so-ein-Virus-im-Labor-erzeugen-article22406519.html
De oorsprong van de corona-pandemie is nog steeds een raadsel. Een groep van onderzoekers eist nu in een open brief [1], die door verschillende internationale kranten – onder andere de “New York Times” – werd gepubliceerd, dat ook de hypothese van een laboratoriumongeluk grondig moet worden onderzocht. Onder de ondertekenaars is ook de Duitser Günter Theißen, professor voor genetica aan de Friedrich-Schiller-Universiteit te Jena. In een gesprek met ntv.de legt hij uit, waarom hij twijfels heeft aan de gangbare oorsprongshypothese over Sars-CoV-2 en wat hij van het omstreden werk van de onderzoeker uit Hamburg, Roland Wiesendanger vindt. Ook onthult hij zijn inschatting, of het raadsel over de herkomst van het virus ooit kan worden opgelost.
Ntv.de: Meneer Theißen, in een open brief eist u samen met twintig andere onderzoekers van over de hele wereld een nieuwe, alomvattende zoektocht naar de oorsprong van Sars-CoV-2 – die ook de mogelijkheid van een laboratoriumongeluk niet uitsluit. De leider van de laatste WHO-missie had een laboratoriumongeluk nog “extreem onwaarschijnlijk” genoemd [2]. Is dat vanuit uw optiek een fout?
Günter Theißen: Ook al is er maar een kleine kans die op een laboratoriumonderzoek wijst, dan moet dat toch onderzocht worden. Tenminste, om aan het publiek te laten zien dat zonder vooroordelen in alle richtingen wordt gekeken. En daar gaat het om in onze open brief. Wij willen daarmee geen vooroordelen bevestigen maar wij willen slechts weten hoe het eigenlijk zit. Er zijn nu eenmaal veel mogelijkheden. Maar wij hebben niet de indruk, dat er op dit moment naar alle mogelijkheden gekeken wordt zonder vooroordelen zoals bij een criminele zaak wel het geval is.
Sinds het begin van de pandemie stond vooral de zoönose hypothese op de voorgrond, dus dat Sars-CoV-2 van een dier op een mens is overgesprongen, op een markt in de stad Wuhan of ergens anders. En dat zou dan of direct van een vleermuis zijn gekomen of van een ander dier als tussendrager. Waarom twijfelt u aan deze theorie?
Wij hebben veel aanwijzingen dat de zoönose-hypothese vooral de favoriet is, omdat deze waarschijnlijk politiek het meest welgevallig is. Immers, dan zou de pandemie een natuurlijke oorzaak hebben en zou er niemand zijn die direct of indirect verantwoordelijk is. Maar er is ook na een jaar nog steeds geen sterk bewijs, dat Covid-19 een zoönose is. Tot dusver is het vooral een analogische conclusie: Bij de voorgangers, het oorspronkelijke Sars-virus en ook bij het Mers-virus was er sprake van een zoönose, dus moet het nu ook het geval zijn. Maar in de natuurwetenschap weten we dat zulke redeneringen gevaarlijk zijn.
Ook is er bij Sars-CoV-2 een hele rij van verschillen met de voorgangers. Bij deze bewezen zoönosen heeft men bij wilde dieren virus sequenties gevonden, die voor meer dan 99% identiek waren met de virale sequenties in de mens. Dat ontbreekt bij Sars-CoV-2. De meeste verwante, of soortgelijke sequenties, die men heeft, zijn slechts tot ongeveer 96% gelijk. Dat klinkt weliswaar veel, maar dat betekent echter, als je van een normale moleculaire evolutie uitgaat, dat de laatste gemeenschappelijke voorouder tussen het vleermuisvirus en Sars-CoV-2 ongeveer 30 tot 50 jaar geleden moet hebben bestaan. Dan laat zich natuurlijk de vraag stellen: Wat is er in de afgelopen 30 tot 50 jaar gebeurd?
Welke mogelijke verklaringen zijn er?
Er bestaan meerdere hypotheses. De ene zegt, het virus was destijds aanwezig bij dieren, maar is nooit ontdekt en pas recent op de mens overgesprongen. Dat kunnen we niet uitsluiten. Ik vind het echter niet waarschijnlijk omdat Sars-CoV-2, zoals het bij de mens voorkomt, zeer goed aan ons is aangepast. Het virus heeft in de receptor-bindingsdomeinen aminozuren, die zich heel mooi aan de ACE2-receptor bij de mens laten binden. Bovendien is er een Protease-koppeling, die men bij de verwante vleermuis-coronavirussen niet vindt. Het is een beetje teveel van het goede, wat blijkbaar allemaal in een dier zou moeten zijn ontstaan.
Er is echter ook nog een alternatieve hypothese, dat Sars-CoV-2 zich al 30 tot 50 jaar geleden in mensen bevond maar simpelweg nooit is ontdekt. Dat lijkt mij echter momenteel nog onwaarschijnlijker, omdat op dit moment intensief naar virussequenties wordt gezocht. Men kan van daaruit stambomen voor het virus afleiden, die echter laten zien, dat de laatste gemeenschappelijke voorouder van alle Sars-CoV-2 virussen ergens in de herfst van 2019 moet hebben bestaan. Er is dus geen enkele aanwijzing dat er nog oudere virussequenties zijn.
Maar die zouden wel gevonden moeten worden?
Je kunt natuurlijk niet uitsluiten, dat het virus reeds eerder onder groepen van mensen heeft bestaan, waarvan wij tot dusver geen monsters hebben afgenomen, zoals bij geïsoleerde bevolkingen. Maar het lijkt mij toch eerder onwaarschijnlijk.
Kan het virus zich niet op een natuurlijke manier stap voor stap hebben ontwikkeld?
Nu wordt het interessant – door een natuurlijke moleculaire evolutie, wat deel van mijn vakgebied is, zou ik zoiets uitsluiten. Maar je kunt zo’n virus in een laboratorium opwekken, als je wilt. En precies dat is de hypothese, die we moeten onderzoeken. Dat zulke “Gain-of-Function”-onderzoeken* hebben plaatsgevonden, is een feit.
Wat heeft u aan het twijfelen gebracht aan de zoönose-hypothese?
Ik volg het hele gebeuren sinds een jaar met grote interesse, omdat ik me altijd heb afgevraagd, waarom men zo zeker van z’n zaak blijkt te zijn. Aan het begin van de pandemie werd gesteld dat het virus op de markt in Wuhan op mensen is overgesprongen. Ik heb me vervolgens ingelezen en vastgesteld, dat alle experts voor coronavirussen in China allemaal in Wuhan zitten. Dat vond ik een zeldzaam toeval. Deze experts hadden zich al jarenlang met coronavirussen beziggehouden, in grotten monsters verzameld en deze naar Wuhan gebracht. Daar hebben ze deze virussen ook genetisch gemanipuleerd en in menselijke cellen ingebracht om te zien hoe deze zich daarin gedragen. Dan gaat er toch al een belletje rinkelen.
Indien Sars-CoV-2 daadwerkelijk in het laboratorium in Wuhan is ontstaan – hoe kan het naar uw mening dan vrij zijn gekomen?
Dat is lastig te zeggen, daarvoor zou ik meer over de omstandigheden ter plaatse moeten weten. Zoals bijvoorbeeld hoe daar de veiligheidsvoorschriften zijn. Wat ik me echter goed kan voorstellen, is dat door onzorgvuldigheid een medewerker besmet is geraakt. Misschien een jong iemand, die dat wekenlang of misschien zelfs nooit heeft gemerkt. Hij is misschien door Wuhan gelopen, was boodschappen gaan doen op de markt en heeft vervolgens andere mensen aangestoken. Omdat veel besmette mensen geen symptomen hebben, is dat geen onwaarschijnlijk scenario.
U eist samen met andere onderzoekers nu een nieuw uitgebreid onderzoek. Maar hoe is dat voor te stellen? De Chinese regering houdt immers gegevens achter, zoals vanuit meerdere kanten al werd aangekaart – ook door leden van het WHO-team [3] dat ter plaatse was.
Als de Chinese regering dat blokkeert, en je kunt je afvragen waar ze eigenlijk bang voor zijn, dan wordt het natuurlijk lastig. Maar je weet maar nooit. Wij zouden eerst mensen willen aanmoedigen, die misschien meer informatie hebben, om naar buiten te komen, als klokkenluiders. In elk geval is het ons doel om duidelijk te maken dat dat wat de WHO-missie heeft gepresenteerd, onmogelijk het laatste woord kan zijn. Alternatieve theorieën dan de zoönose mogen definitief niet bij voorbaat al verworpen worden.
Er zou dus door klokkenluiders druk op China moeten worden uitgeoefend, om toch nog diepgaandere onderzoeken te starten?
Dat ten eerste. Anderzijds moet ook een bewustwording worden gecreëerd, dat het niet altijd zo is, dat onder onderzoekers er een absolute consensus bestaat, dat het een zoönose was. Er zijn al genoeg mensen opgestaan die zich daartegen hebben geuit. Maar zij werden vervolgens als leken of enkelingen in hun mening weggezet. De groep ontevreden mensen wordt echter groter. Ik ben ook als een enkeling in mijn mening begonnen en nu zie ik hoeveel mensen op de wereld er net zo over denken als ik.
U geeft het al aan: Hier in ons land (Duitsland, red.) was laatst de natuurkundige Roland Wiesendanger uit Hamburg in opspraak geraakt door zijn werk waarin hij een laboratoriumongeluk als meest waarschijnlijke oorsprong van Sars-CoV-2 benoemde. Hoe denkt u daarover?
Zijn manuscript vind ik zeer goed. Veel van wat daarin staat, heb ik precies zo uitgewerkt, alleen niet in zoveel details. Het was echter vanuit mijn optiek een grote fout, zijn werk een studie te noemen. Dat is een punt van kritiek, dat je kunt aanvoeren. Beter zou het zijn om je punt voor punt met de argumenten bezig te houden in plaats van met de etiketten. Daarom vind ik dat professor Wiesendanger zoals vele anderen zeer slecht behandeld is in de media.
Er werd ook gezegd dat professor Wiesendanger als natuurkundige geen relevante expert was.
Het argument dat hij geen relevante expert is, is een dooddoener. Werkelijk innovatieve dingen of dingen die tegen de stroom in gaan, zijn in de wetenschap toch zeer vaak van – tussen aanhalingstekens – experts van buiten het eigenlijke vakgebied gekomen. Mijn eigen vakgebied, de moleculaire biologie, is in principe door natuurkundigen uitgevonden.
Vanuit China komt de eis dat nog een oorsprongstheorie onderzocht moet worden: Of het virus door geïmporteerde, ingevroren levensmiddelen in het land zou kunnen zijn gekomen, en dus haar oorsprong helemaal niet in China heeft. Vind u dat dit ook onderzocht moet worden?
Vanzelfsprekend. Alle hypothesen moeten zonder vooroordelen worden onderzocht. Puur theoretisch is het niet uitgesloten, dat het virus helemaal niet uit China komt. Persoonlijk lijkt het mij weliswaar onwaarschijnlijk, maar men moet ook het onwaarschijnlijke nagaan. Tenminste, zolang de ware oorsprong nog niet bekend is.
U legt in uw brief ook de nadruk op het belang van het onderzoek naar de oorsprong van Sars-CoV-2, juist omdat de mensheid dan niet onvoorbereid in de volgende, mogelijk nog ergere pandemie geraakt. Gelooft u dan, dat men het raadsel van de oorsprong van Sars-CoV-2 ooit überhaupt kan oplossen?
Ik denk dat de waarheid vroeg of laat aan het licht zal komen. Feit is echter dat dit nog een lange tijd kan duren. Als de belangrijke mensen niet meewerken, dan duurt het misschien te lang en zitten we alweer in de volgende pandemie.
Bron: https://www.n-tv.de/wissen/Man-kann-so-ein-Virus-im-Labor-erzeugen-article22406519.html
[1] https://errorstatistics.files.wordpress.com/2021/03/covid-open-letter-final-030421-1.pdf
[2] https://www.n-tv.de/wissen/Experten-sehen-Fledermaus-Theorie-bestaetigt-article22348809.html
[3] https://www.n-tv.de/panorama/WHO-Experte-fordert-mehr-Daten-von-China-article22360089.html
*Bij “Gain-of-Function”-onderzoeken worden virussen in het laboratorium kunstmatig veranderd om de invloed van mutaties op de infectiewegen te doorgronden. In de wetenschappelijke gemeenschap is deze methode omstreden. Sommigen beweren dat zulke experimenten te gevaarlijk zijn en pandemieën kunnen laten ontstaan. Anderen zeggen echter dat de veranderingen van de virussen in de natuur sowieso zullen gebeuren en men door middel van onderzoek kennis kan opdoen waarmee potentiële pandemieën juist verhinderd zouden kunnen worden.