Deel 2: Beantwoording van lezersvragen
Door Sasha Latypova
Het originele Engelstalige artikel lees je hier.
Dit is deel 2 van deze serie. Deel 3 verschijnt binnenkort.
De vertaling van deel 1 is eerder geplaatst op onze website.
Ik heb veel goede feedback gekregen op deel 1 van dit artikel. De meest gestelde vraag ging over het risico van het binnenkrijgen van RNA of DNA, aangezien deze materialen deel uitmaken van de natuur en door een sterk zuur milieu in de maag zal worden afgebroken. Ik sluit het risico niet helemaal uit dat er wat DNA of RNA door de maag kan komen, aangezien deze stoffen zijn ingekapseld in chemische beschermingsmiddelen/transfectanten, en laten we ook niet vergeten dat dit GEEN natuurlijk voorkomende DNA- en RNA-moleculen zijn, maar synthetische stoffen, vaak gemodificeerd om ze stabiel te maken. Zelfs als ze “niet-gemodificeerd” zijn, zijn ze niet natuurlijk, niet van jou en niet verenigbaar met levensprocessen (ze kunnen ze alleen maar verstoren).
In het algemeen maak ik me echter veel meer zorgen over de effecten van deze injecties op de gezondheid van dieren en het microbioom van dieren, wat weer gevolgen heeft voor het microbioom en de gezondheid van mensen. De gegevens over de veiligheid van dierenvaccins zijn erg moeilijk te vinden, maar van wat ik er tot nu toe heb gevonden, is het extreem slecht. Op dit moment hebben we helaas een veel groter experiment met deze technologie dat is uitgevoerd op mensen en we weten dat het letterlijk honderden verschillende ernstige aandoeningen veroorzaakt, waarbij elk belangrijk orgaansysteem betrokken is, en kanker in het bijzonder een veelvoorkomend gevolg is. Uit preklinisch onderzoek van zowel Pfizer als Moderna (op muizen, ratten en apen) weten we dat RNA (en DNA-plasmiden) zich door het hele lichaam verspreiden en zich ophopen in alle organen. Wanneer dieren getransfecteerd* worden met deze technologieën, zullen ze ook al dit soort ziektes ontwikkelen. Ze worden geslacht en verwerkt tot voedsel en dat maakt ons voedsel potentieel gevaarlijk, want ongezonde dieren vormen geen gezond, voedzaam voedsel.
*transfectie is een techniek waarbij een stukje DNA of RNA in een cel wordt geïntroduceerd
Ik maak me specifiek zorgen over de vernietiging van bifidobacteriën en blijvende schade aan het microbioom bij mensen na vaccinatie met mRNA. Hetzelfde effect zal optreden bij dieren. Dit is niet gemeten of beoordeeld en er is momenteel geen wettelijke vereiste voor genetische vaccins voor dieren om de effecten op het darmmicrobioom te bestuderen:
Waarom is dit verontrustend? Ik heb eerder dit boek dat gaat over synthetische biologie aangehaald (biologie is hier een verkeerde benaming, het zijn methoden om niet-natuurlijk RNA en DNA te synthetiseren). De focus van het boek is hoe deze technologieën als wapens gebruikt kunnen worden. Een van de belangrijkste aanvalsvectoren [overbrengers van ziekteverwekkers, red.] is het darmmicrobioom van zowel dieren als mensen. Het microbioom wordt in bijna elk hoofdstuk van dit boek besproken. Hier volgt informatie uit hoofdstuk 6:
De gezondheid van de mens is sterk afhankelijk van het menselijk microbioom – de micro-organismen die op en in ons leven, vooral in de darmen, mondholte, neusholte en op de huid. Deze populaties microben zijn waarschijnlijk veel gemakkelijker te beïnvloeden dan de menselijke gastheer zelf, waardoor het microbioom een potentieel toegankelijke vector voor aanvallen is. Het menselijk microbioom is het onderwerp van veel wetenschappelijk en commercieel onderzoek en de beïnvloeding van het microbioom is een onderzoeksgebied dat zich snel ontwikkelt, zoals ook wordt besproken in hoofdstuk 5.
Het afleveren van schadelijke stoffen via het microbioom. Zoals besproken in hoofdstuk 5 geeft de techniek van micro-organismen om gevaarlijke chemische stoffen of biochemische stoffen (waaronder toxines) te produceren aanleiding tot een middelmatige tot grote bezorgdheid, en de mogelijkheid om chemische stoffen of biochemische stoffen in situ te maken via het microbioom geeft aanleiding tot grote bezorgdheid. Het microbioom kan ook worden gebruikt als vector voor andere soorten schadelijke stoffen. Microben kunnen bijvoorbeeld worden gemodificeerd om functionele kleine RNA’s te produceren (bijv. microRNA’s [miRNA’s]) die via het darm- of huidmicrobioom naar de gastheer kunnen worden overgedragen en allerlei gevolgen voor de gezondheid kunnen hebben.
We weten dat covidvaccins vol zitten met microRNA’s, in feite kan tot 50% van de ampul uit microRNA bestaan. Het is zo belangrijk voor dit concept dat het product van Pfizer co-miRNA-ty wordt genoemd! Hetzelfde mechanisme is ingebouwd in het Sequivity-vaccin van Merck voor varkens, hetgeen mRNA in nanodeeltjes is (en dus ook miRNA bevat).
Microben zouden ook kunnen worden gemodificeerd om horizontaal genetisch materiaal over te brengen naar het oorspronkelijke microbioom, bijvoorbeeld om ervoor te zorgen dat de gevestigde microben van de gastheer zelf een schadelijke biochemische stof produceren. In een dergelijk scenario wordt de schadelijke stof geproduceerd door organismen in het gevestigde microbioom, zodat de gemodificeerde microbe slechts lang genoeg in het microbioom hoeft te infiltreren en te overleven om zijn lading over te brengen naar een voldoende aantal inheemse microben. Deze aanpak omzeilt dus de problemen die gepaard gaan met de introductie van gemodificeerde microben in anders bezette niches. Er zijn veel gevallen bekend van natuurlijke horizontale overdracht die resulteren in de productie van toxines (Kaper et al., 2004; Strauch et al., 2008; Khalil et al., 2016). Het kan mogelijk zijn een populatie te schaden door vectoren of fagen (virussen die bacteriën infecteren [Krishnamurthy et al., 2016]) te verspreiden die dergelijk genetisch materiaal overdragen.
Gebruik van het microbioom om de impact van een aanval te vergroten. Het microbioom kan ook worden gebruikt om een effectiever biowapen te ontwerpen of om de impact van een aanval te vergroten. Kennis van het menselijke microbioom kan worden gebruikt om pathogenen of hun overdrachtsmechanismen aan te passen zodat ze zich efficiënter kunnen verspreiden binnen of tussen populaties, bijvoorbeeld door gebruik te maken van de frequente uitwisseling van bacteriën tussen mensen en dieren. In het bijzonder kunnen huisdieren worden gebruikt als dragers voor gemodificeerde agentia die via het microbioom worden overgedragen. Zo zouden gemodificeerde honden- of kattenmicrobiomen tot stand kunnen komen via gemodificeerde grondstoffen of via doelbewuste besmetting van populaties in dierenasielen of dierenwinkels en vervolgens op mensen kunnen worden overgedragen. Natuurlijke overdrachten als gevolg van dier-menscontact, zoals de overdracht van de parasiet Toxoplasma gondii van katten naar mensen en de overdracht van Campylobacter van honden naar mensen, illustreren de haalbaarheid van deze aanpak (Jochem, 2017). Op dezelfde manier zou onderzoek naar de rol van het microbioom in pathogenese [de wijze waarop een ziekte ontstaat, red.] een routekaart kunnen bieden voor het genereren van verbeterde pathogenen die beter worden ondersteund door hun microbiële soortgenoten. Studies met uitgebreide transposon-* of CRISPR**-gebaseerde eliminatiedatabank van pathogenen (Barquist et al., 2013), hebben veel inzichten in pathogenese opgeleverd die implicaties voor tweeërlei gebruik [die zowel een civiele als militaire toepassing kennen, red.] zouden kunnen hebben. Zulke databanken zouden nuttig kunnen zijn bij het identificeren welke genen productief of specifiek samenwerken met het endogene darmmicrobioom zodat een ziekteverwekker zich beter kan vestigen.
*transposon is een springend gen;
**CRISPR’s zijn korte segmenten van herhaalde codes in het bacteriële DNA, die een bacterie gebruikt om een virusinfectie te herkennen en af te weren.
Dit is waarschijnlijk de manier waarop het brede gebruik van genetische vaccins bij boerderijdieren kan leiden tot een dysbiose bij mensen (die ook gevaccineerd worden):
Gecreëerde dysbiose. Onze voortschrijdende kennis over het menselijk microbioom kan leiden tot mogelijkheden voor gecreëerde dysbiose, dat wil zeggen, het opzettelijk verstoren van het normaal gesproken gezonde microbioom. Dit zou kunnen worden gecreëerd door ofwel een bekende dysbiose te veroorzaken, ofwel een nieuwe kunstmatig te creëren. In beide gevallen zou het waarschijnlijk gaan om de introductie van anders niet-pathogene micro-organismen die vervolgens leiden tot een vermindering van de menselijke gezondheid en prestaties. Aangezien het microbioom waarschijnlijk een sleutelrol speelt in de menselijke immuniteit (Kau et al., 2011), zouden dysbioses ook kunnen worden gebruikt om het vermogen van een populatie om zich tegen ziekten te verdedigen op de langere termijn te verzwakken. Darm-, mond-, neus- en huidmicrobiomen zouden doelen kunnen zijn voor een dergelijke aanpak.
Gezien al het bovenstaande is het belangrijk om te wijzen op het belang van de “contaminatie” met plasmide-DNA van Pfizer- en Moderna-ampullen, die de SV40-promotersequentie bevat (tot nu toe alleen geïdentificeerd in Pfizer-vaccins). Gebaseerd op het werk van David Dean aan de Universiteit van Rochester (New York), kunnen plasmiden integreren in de celkern met of zonder SV40, zolang ze maar door de LNP’s [lipide nanodeeltjes, red.] in de celwand worden getransporteerd. De plasmiden kunnen de celkern binnendringen tijdens de celdeling (wanneer de celkern uit elkaar valt), terwijl SV40 het mogelijk maakt om de celkern binnen te dringen, zelfs in cellen die zich langzaam delen of niet delen.
De DNA-plasmide-“contaminant” kan gemakkelijk worden toegevoegd aan praktisch alle vaccins die momenteel op de markt zijn, zowel voor dieren als mensen, en het is waarschijnlijk al aanwezig in de meeste vaccins die in de eerste infographic van deel 1 worden genoemd. Zoals je misschien hebt opgemerkt: al deze vaccins hebben DNA-plasmiden als de eerste stap van de productie. Ze kunnen allemaal met deze methode worden bewapend, ze hoeven technisch gezien geen “nieuwe derde-generatie-genetische vaccins” te zijn. Je moet gewoon de purificatienormen wat versoepelen en de andere kant opkijken (dat is waar de FDA en USDA momenteel druk mee bezig zijn).
Behalve over het menselijke en dierlijke microbioom, maak ik me ook grote zorgen over de gevolgen voor het milieu van deze stoffen en bijproducten (toxines, fagen, plasmiden en andere stoffen) die het milieu en het water zullen vervuilen en andere diersoorten en met name bodembacteriën zullen aantasten. De effecten van deze grootschalige blootstelling zijn onbekend. Toch gaf het USDA al groen licht voor een nieuw bestrijdingsmiddel op basis van RNA voor de coloradokever! Het lijkt erop dat deze waanzin vanuit alle mogelijke hoeken in het milieu wordt gebracht.
Het is belangrijk dat we alle injecties stoppen, onze stem laten horen, praten met boeren en voedselproducenten en pleiten voor wetgeving om deze gevaarlijke en totaal onnodige technologie die ons zonder onze toestemming wordt opgedrongen te stoppen.
Ik heb nog veel gegevens te verwerken over dierlijke genetische vaccins en ik hoop het volgende artikel in de komende paar weken af te krijgen.