Het originele Engelstalige artikel vindt u hier.
Vertaling artikel
De lockdowns en de financiële steunmaatregelen om de economie overeind te houden waren de aanjagers van de inflatie. Toen verhoogde de Fed [The Federal Reserve System = de centrale bank van de VS, red.] de rentepercentages. En brak de hel los.
Op vrijdag 10 maart 2023 stierf Silicon Valley Bank (SVB) aan COVID. Oké, het is iets ingewikkelder dan dat, maar COVID-lockdowns gevolgd door massale overheidssteun waren een kritieke – en massaal onderschatte – factor in de ondergang van de bank.
De kern van de crisis is de gigantische stapel obligaties met lage rente die tijdens het hoogtepunt van de pandemie zijn uitgegeven. Terwijl de schuld van de particuliere sector tijdens de pandemie, zoals bedrijfsobligaties, ook omhoogschoot, stapelde de Amerikaanse overheidsschuld zich als staatsobligaties op.
In een notendop: tijdens de pandemie heeft de regering enorme hoeveelheden staatsobligaties met een extreem lage rente uitgegeven – ongeveer 4,2 biljoen dollar. Maar nu is de rente, ook op staatsschuld, hoger dan deze in 15 jaar is geweest en dumpen beleggers hun oude obligaties met lage rente. Omdat ze dumpen, daalt de verkoopprijs van de oude obligaties. Hoe meer die daalt, hoe meer beleggers willen dumpen. En zo ontstaat er paniek.
Om het probleem volledig te begrijpen, moet het onderwerp van de Amerikaanse overheidsschuld in een ruimere context worden geplaatst, namelijk in die van de reactie op de pandemie als geheel.
Toen het nieuws over het COVID-virus in december 2019 bekend werd, werd de 2-jarige staatsobligatie aangeboden tegen 1,64% rente; de 10-jarige stond op ongeveer 1,80%, en de doorverkoopwaarde van dergelijke obligaties op secundaire markten was stabiel. Toen daarna in maart 2020 het aantal COVID-gevallen en -doden steeg, begonnen de VS hun economie stil te leggen met paniekerige lockdowns in de veronderstelling dat deze de curve zouden afvlakken of de verspreiding van het virus zouden vertragen en daarmee dus de ziekenhuizen zouden beschermen. Maar COVID werd verpolitiekt en de lockdowns werden verlengd.
Naarmate de lockdowns langer duurden, begon de Amerikaanse economie in te storten, met een recordkrimp van 31,4% op jaarbasis in het tweede kwartaal van het fiscale jaar 2020.
Om een totale economische verwoesting te voorkomen, begon de federale overheid met massale uitgaven die gefinancierd werden door schulden. In maart 2020 ondertekende Trump de economische stimuleringswet van 2,2 biljoen dollar, de ‘CARES Act’, oftewel ‘Coronavirus Aid’, ‘Relief, and Economic Security’. Daarna, in maart 2021, ondertekende Biden de ‘American Rescue Plan Act’ die nog eens 1,9 biljoen dollar aan COVID-steun bevatte. Tenslotte kwam er, in april 2021, nog zo’n biljoen aan COVID-steun bij met de ‘Consolidated Appropriations Act’.
Dankzij deze wetten kregen elke industrie en de meeste mensen overheidsgeld. Werkloosheidsuitkeringen namen toe en werden verlengd, evenals de zogenaamde “stimmy checks” of stimuleringscheques voor iedereen die minder dan 75.000 dollar per jaar verdiende (ongeveer de helft van de bevolking). Het Paycheck Protection Program gaf bijna een biljoen dollar uit. Het Provider Relief Fund deelde 178 miljard dollar uit aan de gezondheidszorg.
Al deze uitgaven met geleend geld hielden miljoenen mensen thuis en hielpen miljoenen anderen te voeden, aan een baan en te verzorgen. Dankzij de maatregelen konden honderdduizenden bedrijven overleven, alhoewel vele duizenden andere failliet gingen. Het effect van de uitgaven op het welzijn van de Amerikanen was over het algemeen positief. Gedurende korte tijd halveerde de armoede bij kinderen in de VS tot 5,2%.
Maar de economisch gezien vernietigende lockdowns waren niet nodig en werkten niet. COVID-fanatici houden vol dat de lockdowns onvermijdelijk waren omdat het virus zo dodelijk is. Dit komt door onwetendheid. Vorig jaar heb ik in detail uitgelegd hoe “Lockdown Links” de COVID-crisis verkeerd heeft aangepakt. Geen enkele criticus heeft een van de feiten die ik presenteerde betwist, dus het heeft weinig zin ze hier allemaal te herhalen.
Degenen die een alternatief voor de klunzige lockdowns bepleitten, zoals de auteurs van de Verklaring van Great Barrington, en opriepen tot “gerichte bescherming” van kwetsbare groepen zoals ouderen, werden venijnig aangepakt in een reputatievernietigende campagne, geniepig gearrangeerd door voormalig NIH-directeur Francis Collins en de eigenlijke COVID-koning Anthony Fauci. Ondanks het feit dat de drie auteurs van het document overduidelijk gekwalificeerde wetenschappers waren: Sunetra Gupta, hoogleraar theoretische epidemiologie aan de Universiteit van Oxford; Jay Bhattacharya, hoogleraar geneeskunde aan Stanford; en Martin Kulldorff, emeritus hoogleraar geneeskunde en biostatistiek aan Harvard. Zij werden afgeschilderd als uiterst rechtse gekken die er vooral op uit waren miljoenen te zien sterven. Maar nu zijn ze in het gelijk gesteld.
Uiteindelijk gaf de federale overheid 4,2 biljoen dollar uit om de economie te ondersteunen, terwijl ze tegelijkertijd de economie verstikte met lockdowns. Deze twee tegenstrijdige opgelegde maatregelen legden de basis voor de recente bankfaillissementen. Door de overheid opgelegde lockdowns waren een regelrechte aanslag voor de economie. Fabrieken sloten, kleine bedrijven gingen ten onder, havens en logistieke knooppunten verminderden hun activiteiten, en ongeveer 2 miljoen, voornamelijk oudere werknemers namen gewoon ontslag. Maar tegelijkertijd injecteerde de federale overheid enorme hoeveelheden koopkracht in de economie, waardoor de consumptie werd gestimuleerd.
Deze twee tegenstrijdige regeringsmaatregelen legden een bijna ondraaglijke druk op de bevoorradingsketens. Terwijl de tekorten toenamen, begonnen de prijzen plotseling enorm te stijgen. Simpel gezegd: lockdowns plus financiële stimuleringsmaatregelen resulteren in inflatie.
Denk maar aan een van de belangrijkste knelpunten in de hele economie. Tijdens de lockdown werden veel rijscholen waar je een vrachtwagenrijbewijs kunt halen gesloten. Hierdoor ontstond een tekort van ongeveer 80.000 vrachtwagenchauffeurs. Als vrachtwagens niet rijden raken de voorraden op en gaan de prijzen omhoog.
Aanvankelijk was het officiële standpunt over de inflatie – dat herhaald werd door “Lockdown Left” – dat de inflatie “tijdelijk” was. Maar dat was niet zo. De inflatie piekte naar 9,1% in juni 2022, terwijl de loonstijging ongeveer 5% bedroeg. In april 2020, tijdens het dieptepunt van de lockdown, zakte de Federal Reserve’s Federal Funds Rate naar 0,5%. In februari 2022 was dit percentage slechts gestegen tot 0,8%.
Ondertussen steeg de inflatie. In februari 2022 was de inflatie tot 7,9% gestegen. Pas toen begon de Fed, in een poging om de prijzen te temperen, de rente te verhogen in het hoogste tempo in haar geschiedenis. De federale rente lag rond de 4,57% toen de SVB [Sillicon Valley Bank, red.] ten onder ging. Misschien had een massale belastingstijging genoeg liquiditeit kunnen wegnemen om de prijzen te helpen verlagen, maar dat was politiek onmogelijk. De politiek beter aanvaardbare reactie in Washington was dat de Federal Reserve de rente zou verhogen.
Hier ligt het probleem. Tijdens de piek van de lockdowns kochten banken enorme hoeveelheden staatsobligaties op. Zoals de Wall Street Journal het stelde: “Amerikaanse banken lijden onder de naweeën van een depositobubbel uit het COVID-tijdperk die hen overspoelde met contant geld dat ze moesten investeren. Binnenlandse deposito’s bij federaal verzekerde banken stegen met 38% van eind 2019 tot eind 2021, zo blijkt uit gegevens van de FDIC. In dezelfde periode steeg het totaal aan leningen met 7%, waardoor veel instellingen grote hoeveelheden contant geld overhielden om in effecten te beleggen, omdat de rente historisch laag was.” Overspoeld door deposito’s gecombineerd met onvoldoende vraag naar leningen, kochten de banken Amerikaanse staatsobligaties. Hun aankopen stegen tussen 2019 en eind 2021 met 53% tot een totaal van $4,58 biljoen, volgens gegevens van de Fed, die gemeld zijn door de Wall Street Journal.
Omdat er zoveel obligaties werden uitgegeven, was de rente superlaag. Zo werd op 27 juli 2020 de 10-jarige staatsobligaties tegen een jaarlijkse rente van slechts 0,55% aangeboden. Dat is prima als je geld leent, maar als je geld uitleent (dat wil zeggen, een bank die de federale overheid geld geeft in ruil voor een staatsobligatie), betekent het dat je inkomstenstroom als het ware verdampt. Als de inflatie stijgt, verdwijnt deze in feite.
Toen het rendement op nieuwe overheidsschuld in de buurt van 5% kwam en de inflatie hardnekkig rond 6,4% bleef hangen, begonnen al die oude overheidsschulden met lage rente uit het pandemietijdperk, op afval te lijken en begonnen de banken ze te lozen. Hoe meer de banken oude schulden dumpten, hoe minder die schulden waard waren op de schuldenmarkten. Hoe lager de doorverkoopwaarde, hoe meer de banken ze wilden dumpen. De SVB verloor bijna $2 miljard door de verkoop van staatsobligaties. En toen ze het verlies aankondigden, kelderde hun aandelenkoers met 60%.
Tegelijkertijd namen veel klanten van de SVB geld op [bankrun, red.]. Dit kwam deels doordat de stijgende rente het lenen van nieuw geld duurder maakte en zo het gebruik van reserves in de dagelijkse bedrijfsvoering stimuleerde. Bovendien maakten de hogere inflatie en de hogere rente de bankdeposito’s met een laag rendement minder aantrekkelijk en werden depositohouders hierdoor gedwongen hun overtollige kapitaal te herinvesteren in beter renderende investeringen. Dus net toen de SVB cash nodig had, verdampten de deposito’s.
Tegen het einde van de week van 10 maart hadden de vier grootste banken in de Verenigde Staten 51 miljard dollar verloren door de paniekerige manier waarop zij schulden uit het pandemietijdperk dumpten. Vlak nadat SVB onder overheidstoezicht was geplaatst, sloten toezichthouders de in New York gevestigde Signature Bank. Nog voor het einde van het weekend kondigde de Federal Reserve de oprichting aan van een nieuwe kredietfaciliteit, die ervoor zou zorgen dat “banken de mogelijkheid hebben om aan de behoeften van al hun depositohouders te voldoen”. Bovendien zei de Fed dat ze “bereid was om elke liquiditeitsdruk aan te pakken”.
Het lijkt erop dat de federale regering klaar staat om nogmaals een feitelijke gedeeltelijke nationalisatie van het Amerikaanse bankwezen uit te voeren, net zoals ze in 2008 deed via “noodkapitaalinjecties” en vervolgens het Troubled Assets Relief Program (TARP). In de huidige crisis kunnen banken verliezen op hun obligaties met lage rente voorkomen als ze die niet voor de vervaldag verkopen. Daarvoor hebben de banken geld nodig. De Fed heeft gezegd dat ze enorme hoeveelheden geld in de banken zal pompen, terwijl alle betrokken ambtenaren hebben verkondigd dat het banksysteem dit op de een of andere manier zal betalen. Dit alles betekent vrijwel zeker dat er nog meer staatsleningen zullen worden uitgegeven.
Nu al zijn de rentebetalingen op de federale schuld een van de grootste posten op de Amerikaanse begroting – deze zal dit jaar 400 miljard dollar bedragen. Dat is bijna de helft van het buitensporig hoge militaire budget. Ter vergelijking: de federale uitgaven voor huisvesting bedragen slechts 78 miljard dollar.
Het banksysteem moet worden versterkt, want als het instort gaat de hele economie eraan. In ieder geval zijn op de korte termijn de Amerikanen “de gegijzelden” van het Amerikaanse financiële systeem. Maar overheidsingrijpen zonder nieuwe regels en belastingen voor de financiële sector betekent waarschijnlijk hogere inflatie en een grotere financiële bubbel. Omdat de federale regering weigert om gepaste belastingen te heffen van de rijkste 1%, verplicht zij zich tot meer bezuinigingen voor het overgrote deel van de bevolking en meer welvaart voor de rijken, want een stijgende overheidsschuld houdt in dat een steeds groter deel van onze belastingen naar rentebetalingen moet gaan.
Dit systeem van crisisgevoelig, hypergefinancierd kapitalisme lijkt steeds meer op een junkie. Als het niet regelmatig hulp krijgt van de publieke sector, zal het gewoon instorten en sterven.
Ook al kan de federale regering de huidige crisis bezweren, het pandemische schuldenverhaal speelt wereldwijd en het zal het zeer waarschijnlijk nog enige tijd voor problemen zorgen. Zoals een rapport van de Wereldbank uit 2021 stelt: “De schuldopbouw tijdens de door de pandemie veroorzaakte, wereldwijde recessie van 2020 was de grootste van de afgelopen decennia. Dit gold voor alle soorten schulden – totale schulden, overheids- en particuliere schulden, schulden van ontwikkelde landen, opkomende markten en ontwikkelingslanden, buitenlandse en binnenlandse schulden. In 2020 bedroeg de totale mondiale schuld 263% van het bbp (bruto binnenlands product) en de mondiale overheidsschuld 99% van het bbp, de hoogste percentages in een halve eeuw.”
De Amerikaanse intellectuelen en hun media-elites beginnen eindelijk rekening te houden met het effect van de onrechtvaardige en autoritaire lockdowns op de prestaties van studenten en de psychologische en fysieke gezondheid van miljoenen mensen. Maar in alle discussies over de huidige bankruns wordt de cruciale rol van lockdowns bij het ontstaan van de crisis nog steeds over het hoofd gezien.