Door Frank Stadermann, oud-advocaat
Dit artikel verscheen eerder in De Andere Krant van 9 maart 2024.
Tot nu toe was de rechterlijke macht eendrachtig: het offlabel voorschrijven van hydroxychloroquine en ivermectine was verboden. De boetes die de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) aan de artsen had opgelegd, waren dan ook terecht, zo vonden de Rechtbank Limburg 1 , de Rechtbank Den Haag 2 en het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg.3 Met haar kersverse uitspraak in een zaak tegen huisarts Niek Rogger maakt de Rechtbank Zeeland – West Brabant een einde aan die eendracht.4
Offlabel voorschrijven van medicijnen (dat is het voorschrijven van een medicijn dat niet is toegelaten of niet is toegelaten voor de behandeling waarvoor de arts het voorschrijft) is heel gebruikelijk. Art. 68 Geneesmiddelenwet staat dat ook toe mits “daarover binnen de beroepsgroep protocollen of standaarden zijn ontwikkeld.” Als de protocollen of standaarden nog in ontwikkeling zijn, dan mag de arts alleen voorschrijven als hij eerst overleg heeft met de apotheek, zo volgt uit art. 68. Voorheen leidde het offlabel voorschrijven nooit tot problemen. Dat veranderde toen artsen in 2020 hydroxychloroquine en ivermectine voor de behandeling van COVID-19 gingen voorschrijven. Dat druiste in tegen de adviezen van het Nederlands Huisartsen Genootschap en het SWAB.5 Een aantal van deze artsen verenigde zich onder de naam ZelfzorgCovid-19 en schreef zelf in overleg met een apotheker een eigen protocol. De IGJ legde aan hen boetes op met het argument dat zij zich niet konden beroepen op een protocol of standaard binnen de beroepsgroep. Ook zou het overleg met de apotheker ontoereikend zijn geweest. Dat beleid van de IGJ vindt nu in de ogen van de Rechtbank Zeeland – West Brabant geen genade. Omdat de wet niet aangeeft wat onder een beroepsgroep moet worden verstaan, kunnen dat ook andere, door de IGJ niet geaccepteerde beroepsgroepen met een eigen protocol zijn, zegt de rechtbank.
Er was een apotheker betrokken bij het opstellen van het Zelfzorg-Covid-19 protocol. Maar de wet omschrijft niet aan welke minimumeisen het overleg tussen arts en apotheker moet voldoen. Daarom kan ook niet worden gezegd dat niet is voldaan aan de eis dat de arts overleg moet plegen met de apotheker, aldus de rechtbank. Omdat de wet dus niet duidelijk is, vernietigt de rechtbank de opgelegde boetes. Terecht. Eindelijk gerechtigheid voor hydroxychloroquine en ivermectine.
Bronnen
1. Rechtbank Limburg 6 juli 2023 zaaknummer ROE 22/934
2. Rechtbank Den Haag 22 januari 2024 zaaknummer SGR 23/2233, https://uitspraken.rechtspraak.nl/details?id=ECLI:NL:RBZWB:2024:1465
3. Centraal Tuchtcollege voor de Zorg 14 februari 2024 ECLI:NL:TGZCTG:2024:42
4. Rechtbank Zeeland – West Brabant 19 februari 2024, zaaknummer BRE 23/2226 WET, https://uitspraken.rechtspraak.nl/details?id=ECLI:NL:RBZWB:2024:1465
5. Stichting Werkgroep Antibioticabeleid