Bedankt voor dit bezoek. Viruswaarheid gaat door als Voorwaarheid!

WAT IS PROPAGANDA EN WAAROM IS HET DUIVELS?

 

Door Carine Knapen

Dit artikel verscheen eerder op X.

Propaganda is het bewust verspreiden van eenzijdige en/of verzonnen informatie en/of leugens om de publieke opinie te bespelen, oftewel de weloverwogen, systematische poging om percepties vorm te geven, cognities te manipuleren en gedrag te sturen om een ​​reactie te bereiken die de gewenste intentie van de propagandist bevordert. Kort gezegd is propaganda dus een systematische manier van manipuleren en conditioneren van het grote publiek. Letterlijk betekent ‘propaganda’: dat wat voortgeplant moet worden. De term is etymologisch ontleend aan het Latijnse werkwoord ‘propagare’, wat voortplanten, groeien of uitbreiden betekent. Het begrip werd in 1622 voor het eerst in de rooms-katholieke kerk gebruikt. Met de opkomst van het nationalisme in de negentiende eeuw werd de propagandistische tactiek steeds vaker in de politieke arena gebruikt, onder meer door de  Duitse kanselier Otto von Bismarck.

Propaganda is al vele decennia schering en inslag. Politici gebruiken en misbruiken propaganda door het verstrekken van eenzijdige, onvolledige, verhullende en leugenachtige informatie om zo de publieke opinie te manipuleren. De propagandisten creëren een gezamenlijke (interne) vijand en demoniseren die voortdurend. De media worden breed en veelvuldig ingezet om een eenzijdige boodschap over te brengen. De informatie die wordt overgebracht wordt overdreven, is eenzijdig of verminkt. Propaganda is georchestreerd. De leugens en misleidende boodschappen die uit vele monden komen is hetzelfde, wordt gearrangeerd en constant herhaald waardoor het publiek deze op den duur voor waar aanneemt. Als je een leugen vaak genoeg herhaalt, wordt ze voor waar aangenomen.

Er worden hele verfijnde tactieken toegepast om de publieke opinie te manipuleren:

  1. Soms worden grote leugens eerder geloofd dan kleine, met name als de auteur [de verkondiger, red.] van een leugen niet in staat wordt geacht een dergelijke, grote leugen te verkondigen. Om een leugen uit te dragen, kiest men dan een persoon met aanzien die het vertrouwen van het volk geniet en waarvan iedereen denkt dat hij nooit keihard zou liegen. In een niet zo ver verleden was dat een pastoor of kardinaal. Tegenwoordig doen zowat alle politieke partijen beroep op oude coryfeeën die ze terug van stal hebben gehaald en hun geloofwaardigheid bij het oudere publiek moeten opkrikken.
  2. Naamgevingen: men geeft iets of iemand die men zwart wil maken een slechte naam, zodanig dat het, hij of zij, al gediscrimineerd wordt voor het [hetgeen wat gezegd is, red.] geanalyseerd kan worden. Het publiek legt automatisch de link met het slechte aspect, voordat men in staat is rationeel na te denken. Bijvoorbeeld: fascist, terrorist, populist, fundamentamist, sekteleider, complotdenker, wappie, …
  3. Trucs: bepaalde trucs kunnen andermans impact verzwakken, bijvoorbeeld door het verspreiden van een kwalijk gerucht over een persoon dat hem of haar in een slecht daglicht plaatst. Ook woorden als ‘dubieuze’ of ‘vermeende’ kunnen een persoon of onderwerp verdacht maken.
  4. Het bewust gebruik van adjectieven met een negatieve connotatie. Zo hebben ‘extreem’ en ‘ingrijpend’ een vergelijkbare betekenis, maar heeft ‘extreem’ een veel negatievere connotatie [dan ‘ingrijpend’, red.] . Denk aan ‘extreemrechts’, waarvan vrijwel niemand precies weet wat het betekent, maar [men, red.] de term toch vaak gebruikt.
  5. Eufemismen: een boodschap positiever verpakken dan deze in werkelijkheid is. Soms door simpelweg het bijvoeglijk naamwoord ‘positief’ er voor te zetten, waardoor het wel positief moet zijn.
  6. Framing: door bijvoorbeeld te stellen dat men iets wel of niet moet doen, omdat  men anders asociaal of onmenselijk zou zijn. Niemand wil zo te boek  staan, dus doet men het sociaal wenselijk geachte. Denk aan [tijdens, red.] de vaccinatiecampagnes: “Dit is de pandemie van de ongevaccineerden.”
  7. Een instituut met autoriteit, een bekend persoon of een begrip dat respect afdwingt, wordt gebruikt om het beoogde publiek een positief of negatief oordeel te doen  vellen. Deze techniek wordt steevast in reclame toegepast. Denk aan Nicole Kidman, Kim Kardashian, Angelina Jolie e.a. die het publiek probeerden te overtuigen dat insecten eten yummy is. De media maken er in hun persartikelen ook ruim gebruik van door te stellen: “experts suggereren dat…”
  8. Symbolen worden vaak gebruikt bij overdragingen*. Ze roepen, afhankelijk van het symbool, bepaalde sterke emoties op bij veel mensen, waar met de propaganda wordt op ingespeeld. Denk aan de vele X-profielen met een Oekraïense vlag die zeer hatelijk uit de hoek komen als ze geconfronteerd worden met nieuws dat haaks staat op hun geconditioneerde geloofsovertuigingen.
    *hierbij wordt een instituut met autoriteit of een begrip dat respect afdwingt, gebruikt om het publiek een positief of negatief oordeel te doen vellen
  9. Getuigenissen van bekende of onbekende personen die bevestigen wat de propagandist bevestigd wil zien om zijn leugen geloofwaardiger te maken.
  10. Zich voordoen als iemand van het gewone volk, met dezelfde zorgen en opinies, staande tegenover een onzichtbare, culturele elite. Bijvoorbeeld het in verkiezingstijd voorstellen van concurrerende politici als wereldvreemde, elitaire wijsneuzen die niet weten wat er op straat leeft. “Als je op mij stemt, komt er iemand aan de macht die net als jullie is, iemand met dezelfde verzuchtingen [zuchtend geuite klachten of wensen, red.] en problemen. Met mij wordt het anders…”
  11. Bangmakerij: de andere partij afschilderen als boeman, waarbij als die de macht in handen krijgt, er oorlog uitbreekt of de wereld vergaat. Denk aan Trump. Deze tactiek is ook toegepast tijdens het coronadebacle en wordt ook uitvoering toegepast op het verzonnen klimaatprobleem.
  12. Cameratechnieken: het knippen en plakken in een opname met als doel een persoon en wat hij of zij zegt uit de context te rukken of negatiever te laten lijken dat het is. Denk aan het recente voorval van Bjorn Soenens over ‘het bloedbad’ van Trump.
  13. Groepsdruk: mensen motiveren om mee te doen omdat ‘iedereen het doet’. Denk aan het coronagebeuren en tijdens de vaccinatiecampagnes [het argument, red.] ‘u doet het voor een ander’.
  14. Omgekeerde propaganda, ofwel het tegenovergestelde beweren van wat je eigenlijk wil, om dan te landen [te worden geaccepteerd, red.] met de woorden “maar we hebben geen andere keuze” (dan te doen wat ik wil).
  15. Het scheppen van verwarring: de leugen kan worden versterkt door de ware component om zo aan geloofwaardigheid te winnen. De vermenging van waarheden met leugens is zeer doeltreffend.
  16. Om de waarheid te verdoezelen of ongeloofwaardig te maken of nog bepaalde informatie geheim te houden, kan men deze koppelen aan onjuiste informatie. De geheim te houden informatie wordt door het publiek daardoor niet meer serieus genomen. Het verspreide verhaal (de combinatie van waarheid en onwaarheid) zal beklijven en worden bestempeld als een broodjeaapverhaal. Andersom kan bepaalde (juiste) informatie worden bestempeld als grijze propaganda*, om zo de correcte informatie en vooral de informatieleverancier, in diskrediet te brengen. Soms is dit moeilijk te ontkrachten, omdat bijvoorbeeld de bewijzen voor de als grijze  propaganda bestempelde informatie, staatsgeheim zijn.
    *een vorm van propaganda die zich bevindt tussen witte en zwarte propaganda in. Soms duidt het op de betrouwbaarheid van de bron (die niet helemaal duidelijk is) en soms op de nauwkeurigheid van de inhoud (een combinatie van leugen en waarheid)

Propaganda en reclame hebben veel gemeen. Ook in reclame gebruikt men verhullende en vaak onware argumenten om een boodschap te verspreiden. Het verschil is dat reclame meestal voor commerciële doeleinden wordt gebruikt en het vaak herkenbaar is als reclame, terwijl propaganda niet altijd als propaganda herkenbaar is.

Propaganda is zo diep doorgedrongen in alle lagen van de institutionele instellingen, bij politici en media, en er worden zoveel verfijnde tactieken toegepast dat Jan Modaal onmogelijk nog kan uitmaken wat waar is en wat niet. De komst van CGI* en AI heeft de zaken nog vele malen erger gemaakt nu ook beeld, klank, stemmen, personen, landschappen en situaties 100% veranderd kunnen worden. U kan niet meer vertrouwen op wat u ziet en hoort. Het is psychologische oorlogsvoering.

*Computer Generated Imagery, een techniek waarbij beeldbewerkingssoftware wordt gebruikt om stilstaande of bewegende beelden te maken, met name 3D-beelden

Wees slim en neem NIETS zonder meer aan. Check alles. Als u merkt dat politici en media een eenzijdig narratief voorleggen waarbij enkel één kant wordt belicht en alle tegenstemmen, iedereen die iets anders beweert, wordt geweerd en verketterd, en er geen tegensprekelijke debatten zijn tussen pro en contra, is het 100% zeker propaganda, een dikke vette leugen. Luister en kijk naar alle kanten. Als u hun standpunten aanhoort, zal u snel genoeg ontdekken dat politici en media halve waarheden en volle leugens verkondigen. Aan de andere kant wordt ook propaganda verkocht, maar het naast elkaar leggen van standpunten en verhalen is altijd nuttig en ontluisterend en laat u toe om een eigen mening te vormen.

En vergeet niet, zij die het hardst roepen dat sociale platformen zich schuldig maken aan misinformatie, desinformatie en haatspeech, zijn degenen die de meeste propaganda verspreiden, waarin zij de handen vrij willen hebben, zonder enige vorm van tegenspraak.

Zij bannen geen haatspeech, maar speech die zij haten, omdat hun leugens in de schijnwerpers worden geplaatst.

Meld je aan voor de nieuwsbrief