Mama gaat het huis uit
Even pauze bij het kerkje in het gehucht Ermita Ramonete, ergens onder Mazarrón in Zuid-Spanje. Tijd om uit te rusten, te eten en te schrijven.
Het valt niet mee om weer op de fiets te zitten, al heb ik geen last gehad van het noodweer dat Valencia heeft geteisterd. Ik heb er zelfs één dag baat bij gehad als gevolg van een rugwind die me zuidwaarts blies. Het reizen is zwaar. Ik ben nu de vierde dag onderweg en Google Maps en MapMe hebben me een aantal keren flink verkeerd laten fietsen. Nou ja, in mijn ogen dan, omdat ik een viertal keer een zwaar off-gridpad heb moeten nemen.
De eerste keer passeerde ik een verlaten mijn, waar de gebouwen nog stonden en waar ik nog enigszins naar beneden kon fietsen.
De tweede dag stond het huilen me nader dan het lachen, toen ik mijn fiets door de modder voort moest slepen. Het pad zou direct naar de camping leiden, maar liep door een natuurgebied langs de kust en de leemachtige ondergrond was veranderd in een kleilaag van vijf centimeter die aan mijn wielen, derailleur, remmen en spatborden bleef kleven. Elke meter die ik voortploegde moest ik eerst de modder tussen mijn wielen en spatborden uit peuteren om verder te kunnen, omdat de wielen niet meer draaiden. Ik trok mijn schoenen uit om met mijn voeten meer grip te hebben als ik mijn tenen kromde, en dat hielp een beetje. “Die camping kan toch niet heel veel verder meer zijn?” Het was geen helder zicht, maar ik zag in de verte iets dat op een camping leek. Toch besloot ik om terug te gaan. De fiets duwde ik over lage heidestruiken terug naar de dichtstbijzijnde bebouwing, om daar tot de conclusie te komen dat ik mijn schoenen onderweg was verloren. Met een stokje duwde ik de meest blokkerende modder weg en reed ik weer terug het stadje in, nam de grote autoweg en kwam bij de camping uit. Daar leende ik een tuinslang waarmee ik de meeste modder eraf spoelde.
Mama gaat het huis uit, ze is op avontuur
Zo’n twee jaar terug vloog ik uit. Mijn ex en ik dienden elkaar niet meer en ik volgde de plannen die ergens heel ver weg in mijn hoofd waren weggestopt. Jeugddromen over wereldreizen en avontuur. Mag je als je zevenenvijftig bent je dromen achterna gaan? Moet ik in eerste instantie niet trouw zijn aan mezelf?
De wereld laat het anders zien en dat narratief hoor ik nagalmen in mijn hoofd. Je bent in eerste instantie moeder. Daar heb je nou eenmaal voor gekozen. Moeders gaan niet weg. Die horen er voor de kinderen te zijn. Kinderen blijven hun ouders altijd nodig hebben en moeten altijd een beroep op hun ouders kunnen doen. Je mist als ouder zoveel van het leven van je kinderen als je weg bent: feestjes, verhuizingen, hun emotionele beslommeringen, de “feestdagen.” Je kunt niet even bij ze op bezoek…. En wat als ze zelf kinderen krijgen? Wil je geen oppasoma worden? (Klein) kinderen groeien zo snel, dat kun je niet inhalen….
Leven je ouders nog? Hebben die geen hulp nodig? Ben je niet bang dat ze, als je onderweg bent, overlijden? En je mantelzorgtante? Die was toch opgenomen in een instelling? Mist die jou nu niet heel erg? En die vriendin die kanker heeft? Nu kun je er niet voor haar zijn!
En je huis dan? Zorgt je ex daar nu voor? Helemaal alleen? En waar woon je dan? In een téntje? Nou dat zou ik niet kunnen hoor, maar ga jij gerust je gang.
Conversaties die ik zelf ook voer in mijn hoofd; ze zijn zó bekend. En ja, ik voel me schuldig. Ja, ik mis mijn kinderen, mijn familie, mijn vrienden. Ja, het is niet leuk om altijd alleen te zijn. Ja, ik ben het reizen soms moe en ja, ik verlang naar een eigen plek.
Maar nu nog niet.
Ik ben het huis uit. Ik ben op avontuur.
In mijn twintiger jaren deed ik keurig zoals het “moest.” Op kamers op mijn achttiende, op mijn vierentwintigste mijn diploma fysiotherapie en daarna zeven maanden met mijn toenmalige vriend op wereldreis. Eenmaal terug ging ik het werkende leven in en kreeg ik tussendoor mijn drie kinderen, ging twee of drie weken per jaar naar India om daar te helpen en verder was mijn leven fijn en vol.
Ruim dertig jaar heb ik voluit geleefd naar tevredenheid, tot de coronacrisis kwam en ik heel hard geconfronteerd werd met de tegenstellingen in de wereld en in en om mij heen. Ik stond voor de keuze, ga ik zo door in mijn relatief gelukkige leven of kies ik een andere weg. Letterlijk op een kruispunt.
Ik koos voor een open ruimte, leeg, wit, alleen, onzeker en zit nu op een pleintje in “the middle of nowhere” ergens in Spanje met de zon op mijn rug en tranen in mijn ogen.
Mama is het huis uit en op avontuur.
Ik weet niet voor hoe lang. Ik weet niet waar naartoe, ik weet niet hoe en met wie ik mijn leven weer ga delen. Maar ik weet wel dat ik thuis ben bij mezelf. Dat ik geniet van mijn minihuis van tentdoek. Dat ik helemaal zelf kan bepalen waarheen ik ga, wanneer ik uit kan rusten, weer verder ga en wanneer het tijd is om te blijven.
Eigenlijk niet anders dan jouw leven, alleen ben ik me het mogelijk wat bewuster en laat ik jou nadenken over jouw leven als je mijn blogs leest. Lééf je leven. Leef jóuw leven. “Mensch, dúrf te leven ” het duurt maar zó kort.
Mama gaat ’t huis uit
Ze wilde niet meer zorgen
Poetsen, wassen, klussen in het huis
Niet meer de haartjes vinden na het scheren
Niet meer de remsporen in het toilet
Niet meer de vieze vingers op de deuren
Niet meer de vieze borden op mijn kamer
Of de spetters van de hond na het uitschudden
Ze is weggevlogen
Weet jij waar naartoe?
Ik heb haar niet gezien
Ze gaat waar ik nog niet geweest ben
Ze lacht als de zon haar lijf beschijnt
Ze geniet als twee duiven haar welkom heten op de camping
Ze knuffelt de demente dame in ’t restaurant
Ze wordt zelf ook nat als ze haar fiets schoonmaakt
Ze huilt als het avontuur haar te veel wordt
Ze is alweer verder terwijl ik net onthouden had waar ze was
Mijn mama is van de wereld en niet meer alleen van mij
Ze verspreidt haar liefde en talenten over de wereld
Haar hart is groot genoeg; de hele wereld past erin
Er blijft genoeg over voor mij
Voor jou
Voor zichzelf
Heb je gezien waar ze nu weer is?
Mijn mama is het huis uit
Thuis bij zichzelf.