Met het uitbreken van de coronacrisis ontstond een situatie waar men in Nederland nog niet eerder voor had gestaan. De pandemie moest bestreden worden, en in het huidige tijdperk van snelle nieuwsgaring had de overheid data nodig, maar ook stuurgegevens.
Belangrijke stuurgegevens voor het kabinet bestonden uit data over ziekenhuiscapaciteit en ziektelast. Voor perspectief was het ook nodig om onder andere deze gegevens te koppelen aan signaalwaarden. Deze signaalwaarden zouden inzicht moeten geven aangaande de benodigde restricties om de pandemie te bestrijden.
De vragen die hierbij rijzen zijn:
- Hoe is men omgegaan met deze signaalwaarden en wat betekenden ze precies?;
- Als men stuurde op ziekenhuiscapaciteit, hoe was deze dan opgebouwd en hoe heeft deze zich ontwikkeld? Hoe groot was de schaarste precies?;
- Ter illustratie van de schaarse zorgcapaciteit, werden dagelijks cijfers over de instroom in ziekenhuis en IC gepubliceerd. Hoe kwamen deze cijfers eigenlijk tot stand en hoe betrouwbaar waren deze data?
Signaalwaarden
Signaalwaarden zijn kritieke niveaus van indicatoren die iets zeggen over de status van een bepaald onderwerp. Indien een bepaalde indicator boven of onder zijn kritieke signaalwaarde komt, kan er aanleiding zijn beheersmaatregelen te treffen om bij te sturen om zo het vooraf geformuleerde doel te bereiken.
In de coronapandemie heeft de overheid gekozen voor een generieke aanpak die voorbij ging aan specifieke risicofactoren voor bepaalde bevolkingsgroepen die reeds in een vroeg stadium helder waren. Een risicogericht gezondheidsbeleid was beter geweest.
De realistische waarde voor de IFR (Infection Fatality Rate) is niet meegenomen in beleidsbeslissingen. De IFR van het Sars-Cov 2 virus bleek al snel (mei 2020) vergelijkbaar te zijn met de IFR van het influenza virus. Bij uitbraken van influenza werden echter nog nooit maatregelen als bij Corona getroffen.
De gekozen signaalwaarden waren laag, waardoor snel zeer belastende maatregelen genomen zijn. De aangehaalde reden was, dat de capaciteit van de ziekenhuizen anders ontoereikend zou zijn. Deze stelling blijkt echter niet correct te zijn. Er was genoeg capaciteit maar die is onvolledig benut geweest.
Uit de WOB-verzoeken is gebleken dat de signaalwaarden waarover gerapporteerd werd, in veel gevallen een politieke- of beleidsmatige keuze zijn geweest.
Het aantal positieve PCR testen bleek een slechte voorspeller te zijn voor ziekenhuis/ IC opnames: in december ‘21 bijvoorbeeld is het aantal ziekenhuisopnames lager dan in december ‘20 terwijl het aantal positieve testen 75% hoger lag. Uit onderstaande grafiek blijkt dat het aantal positief geteste mensen geen goede signaalwaarde was aangezien de correlatie verdween toen er grootschaliger getest werd.
Door de overheid is in haar beleid gekozen uit een zeer beperkte subset van mogelijke maatregelen. Alternatieven om de bevolking te beschermen tegen het virus zijn onvoldoende overwogen.
Registratie Ziekenhuiscijfers op de RIVM site
De ziekenhuiscijfers, waarin onderscheid werd gemaakt tussen IC- en kliniekbezetting, werden in twee bronnen geadministreerd. Het RIVM putte haar cijfers uit het registratiesysteem van Stichting NICE. Daarnaast werden de cijfers bijgehouden door het LCPS.
Beide registratiemethoden zijn geanalyseerd, alsmede het verschil tussen beide. Daarnaast viel op dat Nederland afwijkende definities hanteert t.o.v. de voorschriften van het WHO, waardoor een internationale vergelijking lastig is te maken.
Bevindingen uit het onderzoek naar de registratie zijn:
- Datamodellen van RIVM, LCPC, NICE en GGD blijken haastig opgezet en aangepast.
- Er werd geen onderscheid gemaakt tussen patiënten die vanwege COVID-19 klachten werden opgenomen en zij die om andere oorzaken werden opgenomen maar toevallig positief testten bij aanvang van, of gedurende de opname.
- Patiënten konden ook met terugwerkende kracht als COVID-19 patiënt worden geregistreerd als er tijdens een opname-episode COVID-19 werd vastgesteld of vermoed.
- Door tekortkomingen in de registratie van Stichting Nationale Intensive Care Evaluatie (NICE) kan er tot wel 22% over-rapportage optreden bij pieken in de ziektelast.
- Vaccinatiestatus wordt door het NICE niet geregistreerd. Het RIVM reconstrueert deze status op basis van het BSN nummer. Het is daarbij onduidelijk hoe er onderscheid wordt gemaakt tussen bewezen en verdachte COVID-patiënten.
- Ook zijn er patiënten van wie de vaccinatiestatus niet bij het RIVM geregistreerd staat, bijvoorbeeld door vaccinatie in het buitenland. Die worden dan als ongevaccineerd gezien.
Uit onderstaande grafiek blijkt het verschil in registratie van de IC-instroom tussen LCPS en NICE, waarbij het verschil opliep tot 22% bij een toenemende ziektelast.
Ziekenhuis infrastructuur
Wat betreft de gerapporteerde schaarste van de ziekenhuiscapaciteit moet worden opgemerkt dat het door de overheid geschetste beeld van de ziekenhuis & IC bezetting ten opzichte van de capaciteit inaccuraat was:
- Hoewel er officieel slechts 1150 IC bedden waren begin 2020, hebben er volgens het LCPS 1800 patiënten op de IC gelegen in de 1e golf, terwijl er personeel beschikbaar was voor een piekbelasting van 2400 bedden (geconfirmeerd in WOB-stukken).
- De bedden- en personele capaciteit buiten de IC’s zijn nooit een probleem geweest. En al helemaal niet omdat de planbare zorg zwaar werd afgeschaald.
- Er wordt in de zorg gebruik gemaakt van het “harmonicamodel”. Dit gaat ervan uit dat bij een calamiteit de beddencapaciteit en personeelsbelasting op- en afgeschaald kunnen worden. Uiteraard binnen bepaalde marges en voor beperkte duur.
Over de behoefte aan extra personeel voor uitbreiding van de IC capaciteit is misleidende informatie verstrekt: er was eventueel extra beddencapaciteit nodig, maar geen extra personeel. Gommers had wat dat betreft gelijk toen hij stelde: “Dan verveel je je dood”.
Benutting van de IC-capaciteit
In crisissituaties is de benutting van de beschikbare capaciteit van groot belang. Onder normale omstandigheden was er in 2020 personeel voor 1200 IC bedden, en onder crisisomstandigheden voor ruwweg het dubbele: 2400 IC bedden gedurende één maand. In de media deed men het voorkomen alsof er niet eens voldoende personeel zou zijn geweest voor 900 IC bedden, wat echter de normale bezetting van de IC’s in Nederland is.
Slechts 1800 van die 2400 bedden zijn overigens in de 1e golf bezet geweest (COVID + non-COVID). Later werd zo’n aantal bezette bedden nooit meer gehaald.
De planbare zorg werd in de 1e golf voor 100% gestopt. Slechts 45% afschaling was nodig geweest bij volledige benutting van de IC capaciteit.
Na de 1e golf in 2020 bleef 27% van de normaal beschikbare IC capaciteit onbenut. Hierdoor liepen de zorgachterstanden véél verder op dan noodzakelijk. Met slechts 9% extra personeel (+ IC bedden) had 2020 compleet zónder zorg-achterstanden afgesloten kunnen worden.
Gezien het verloop van de reproductiewaarde R (bron: RIVM) is het daarnaast onwaarschijnlijk dat de Corona maatregelen een meetbaar effect op de belasting van de IC gehad hebben.
COVID-19 versus Influenza
Een veelgehoorde opmerking was dat COVID-19 geen onschuldig griepje was. Het ligt daarom voor de hand om de 1e golf van COVID-19 toch eens te vergelijken met het griepseizoen 2017/18.
De verschillen tussen de 1e golf van COVID-19 en de griepgolf van 2017/18 lagen daarbij voornamelijk in de ligduur van de IC patiënten, die tweemaal zo lang was als gemiddeld bij influenza. Het aantal opgenomen COVID-19 patiënten tijdens de 1e golf was namelijk belangrijk mínder dan dat uit de griepgolf 2017/18!
De ziektelast voor de IC blijkt in de griepgolf 2017/18 vergelijkbaar met de 1e golf van Corona. Naar schatting zou 40% afschaling van de planbare zorg vereist zijn geweest i.p.v. 45% die bij Corona vereist zou zijn geweest.
De piek in het aantal bezette IC-bedden zou wel iets lager hebben gelegen dan bij de 1e golf in 2020. Dit beeld komt kwalitatief overeen met de berichtgeving uit die tijd.
De huidige ligduur van een coronapatiënt op de IC is inmiddels gezakt tot slechts 11% boven het gemiddelde voor influenza. Daarmee is de potentiële ziektelast op de IC gehalveerd.
Samenvattend
De gebruikte signaalwaarden voor het sturen van beleid zijn variabel gebleken, politiek gemotiveerd en van twijfelachtige kwaliteit.
De registratie van IC-patiënten heeft onnauwkeurig plaatsgevonden in een systeem dat daarvoor niet geschikt was. Hierdoor is sprake geweest van over-rapportage waarmee een beeld van schaarste werd gecreëerd.
De capaciteit van de IC’s (ingevolge het harmonicamodel) was belangrijk groter dan werd voorgesteld. Er was geen reëel probleem met het aantal IC bedden of de handen aan het bed.
De beschikbare capaciteit van de IC’s werd echter onvoldoende benut.
Met de sterk verkorte ligduur van een COVID-19 patiënt zal de capaciteit van de IC in het griepseizoen 2022/23 voldoende zijn, zelfs als het aantal patiënten hoger zou uitvallen dan begin 2020.
Kortom: er wás en ís geen reëel probleem met de zorgcapaciteit! Het harmonicamodel werkt zoals het bedoeld is.
Volledig rapport
Voor de volledige onderbouwing van de conclusies van de Werkgroep Zorgcijfers wordt verwezen naar het rapport dat door de auteurs is opgesteld. Daar zijn ook alle referenties weergegeven van de gebruikte informatiebronnen.